Coromandel, Hahei and Hot Springs Beach

Vanmorgen was het ijskoud en konden we met het laatste hout weer vuur maken. Na een vlugge douche, die overigens voor de verandering warm was, en ontbijt zijn we naar de Driving Creek Railroad gereden waar we de trein met 5 min hadden gemist. We hebben ter plekke een reservatie gemaakt voor de volgende dag en hebben onze weg vervolgd richting de Cathedral Cove. De weg richting de Cathedral Cove was allesbehalve vlak en recht in plaats daarvan hebben we dik 40 km bergop en bergaf gereden over veel te smalle kronkelwegen. De adviessnelheid was 100 km per uur maar we hebben toch rustiger aan gedaan. Vanaf de parkeerplaats van de Cathedral Cove hadden we een wandeling van in totaal anderhalf uur voor de boeg. Maar deze wandeling was het meer dan waard. Aankomend op een strand konden we via de Cathedral Cove naar een andere strand lopen. Wederom was het uitzicht van beide stranden over het water prachtig en hoe bizar is het dat water krachtig genoeg is om een grote stuk rots uit te hollen. In ongeveer 45 min zijn we terug gelopen naar de parkeerplaats. Na het Cathedral Cove- bezoek zijn we richting Hot Water Beach gereden. Op deze Hot water Beach komt bij eb warm grondwater vrij, dankzij een kuil in de grond te graven zouden we zo een eigen hot pool kunnen creëren. Tegen de tijd dat wij aankwamen was het helaas al vloed, maar besloten om die nacht bij het volgende laag tij terug te komen. Via de stad Thames reden we terug naar Coromandel. In Thames hebben we bij the warehouse wat surfkleren gekocht en hebben we een vlug hap gehaald bij de KFC. Terug in onze hut hebben we de film Die Hard 3 en the gladiator gekeken en hebben de pizza van de dag daarvoor opgewarmd. Rond 10u30 zijn we richting de Hot Springs Beach vertrokken. Via een zandweg zijn we heen gereden en onderweg kwamen een everzwijn en een ‘possum’ oftewel een buidelrat tegen, die laatste mistte we maar op een haar na.
Rond 23u30 waren we op het strand terwijl de volle maan over ons waakte. En er bleek nog ruimte vrij te zijn in een kuil die al gegraven was door een groep mensen. Het water was goddelijk heet op bepaalde plekken was het zand zo heet dat je je huid eraan brandde. In de kuil hebben we een Amerikaan genaamd Anthony ontmoet die al een jaar in Queenstown had gewerkt maar toch eens de Hot Springs Beach van het noorden wilde ontdekken. Tot een uur of half twee hebben we daar genoten van het warme water totdat het opkomende ijskoude zeewater de pret kwam bederven. Onderweg naar huis hebben we Anthony een lift gegeven richting Hahei. Nadat we Anthony hadden afgezet ben ik meteen in slaap gevallen terwijl steven reed. Om 3u waren we eindelijk thuis en zijn we snel gaan slapen want de volgende beloofde een lange rit te worden richting Rotorua.